Jonathan Kooman volgde zijn eerste orgellessen bij Jos Vogel. Hij studeerde hoofdvak orgel bij Bram Beekman en Henco de Berg en bijvak piano bij Frans van der Tak aan het Brabants Conservatorium in Tilburg (Fontys). Hij behaalde zijn Bachelor- en Masterdiploma’s. Tijdens en na zijn studie volgde hij interpretatielessen en masterclasses bij onder andere Bernard Bartelink, Peter van Dijk, Ben van Oosten, Ad van Sleuwen en Bas de Vroome.
Jonathan is kerkmusicus binnen de Protestantse Gemeente te Wageningen en cultureel organist van de St. Maartenskerk te Tiel. Hij is begeleider van het Tiels Madrigaalkoor en het Tiels Vocaal Ensemble. Daarnaast werkt hij regelmatig samen met het Sweelinck Ensemble en diverse andere koren en solisten. Solo orgelconcerten speelt hij in binnen- en buitenland. Zo gaf hij concerten in Duitsland,  Frankrijk en Oostenrijk. Samen met Kees Alblas vormt Jonathan een orgelduo dat originele vierhandige orgelmuziek en vierhandige bewerkingen van klassieke composities uitvoert.
 

2018 – heden

Kerkmusicus Protestantse Gemeente te Wageningen (De Graaf, 1961, II/P en Flentrop, 1955, III/P)

2011 – heden

Begeleider Tiels Vocaal Ensemble

2008 – heden

Bestuurslid Commissie Orgelconcerten St. Maartenskerk Tiel

2006 – heden

Organist St. Maartenskerk Tiel (Bätz-Witte, 1854, II/P)

2017 – 2018

Organist a.i. De Open Hof, Soest (Nijsse, 1997, II/P)

2016 – 2018

Organist a.i. Hooglandse Kerk Leiden (De Swart/Van Hagerbeer, 1565, II/P)

2007 – 2017

Repetitor en continuo-speler Cantatekoor Bilthoven (Projectkoor Midden Nederland)

2004 – 2016

Organist Gereformeerde Kerk (Schaepmanstraat) Tiel (Flentrop, 1951, II/P)

2004 – 2008

Organist Hervormde Kerk Ochten (J. de Koff & Zn, 1953, II/P)

1999 – 2010

Continuo-speler Scratch Messiah Vlissingen

1999 – 2004

Organist Engelse Kerk Middelburg (Stevens, 1761, I/P aangehangen)

1998 – 2004

Organist Ontmoetingskerk Middelburg (Van Vulpen, 1972, II/P)

1995 – 2000

Organist Hervormde Kerk Veere (Lindsen, 1855, II/P)

1994 – 2002

Organist Verpleeghuis Der Boede te Koudekerke (De Koff 1970, I)